Programma
Tafel 1: Participatie als verantwoordelijkheid van de markt
In veel nieuwe contracten voor bijvoorbeeld gebiedsontwikkelingen wordt de verantwoordelijkheid voor participatie belegd bij marktpartijen, meestal in de vorm van een omgevingsmanager. Dit werkt in de praktijk best goed, maar er is nauwelijks sprake van echte participatie. Is het mogelijk om belanghebbenden mee te laten denken en beslissen bij de planvorming wanneer de markt ook verantwoordelijk is voor participatie? En wat zijn de voordelen hiervan voor publieke opdrachtgevers? Hoe borg je als publieke opdrachtgever dat het participatieproces goed verloopt en dat de resultaten ook worden meegenomen in het project?
Tafelheer en -dame: Wouter Jan Verheul (TU Delft) en Caroline Giezeman
Wouter Jan Verheul is senior onderzoeker, zelfstandig adviseur en universitair docent aan de faculteit bouwkunde, afdeling Management in the Built Environment van de TU Delft. Wouter Jan is mede auteur van het essay ‘Nieuwe verhoudingen in Omgevingsparticipatie; Participatie georganiseerd door private partijen‘ (TUDelft, Platform 31).
Caroline Giezeman is strategisch vastgoedontwikkelaar bij de Gemeente Rotterdam, afdeling stadsontwikkeling, strategieteam MaatschappelijkVastgoed. Sinds haar afstuderen aan de TUE is ze steeds betrokken geweest bij stedelijke ontwikkeling vanuit een publiek perspectief. Van huis uit is Caroline stedenbouwkundig ingenieur, inmiddels met brede ervaring binnen de domeinen van openbaar bestuur en sociale en economische ontwikkeling.
Tafel 2: De participatieparadox
Veel publieke opdrachtgevers zoeken naar manieren om met (toekomstige) omwonenden samen te werken. Maar vaak is het lastig om de belanghebbenden te identificeren. De mensen die in participatieprocessen aan tafel zitten, komen in veel gevallen uit een beperkte groep, ook wel aangeduid als de participatie elite. Hoe benader je de mensen die niet als eerste aan tafel gaan zitten bij inspraakprocessen? Kunnen innovatieve of digitale manieren van participatie hierbij helpen? En hoe zorg je ervoor dat de participanten zich gerechtigd voelen om namens een groot deel van de belanghebbenden te spreken.
Tafelheren en -dame: David Bos (gemeente Den Haag), Jan Theunissen en Noortje van der Have (De Alliantie)
David Bos is Beleidsadviseur bij de gemeente Den Haag en productowner online burgerparticipatie. Hij werkt aan innovatie van burgerparticipatie vanuit Team Haags Samenspel. Voor projecten in de wijken en stad worden procesontwerpen en interactieve participatiesites op maat gemaakt.
Jan Theunissen staat als innovatiestrateeg voor een datagedreven klantbenadering. Met behulp van data ontwikkelt de Alliantie klantkennis en vertaalt dit naar haar producten, diensten en beleid. Noortje van der Have is gebiedsontwikkelaar en is de spil in het web bij gebiedsontwikkelingen. Zij is ervaringsexpert en werkt dagelijks samen met bewoners en andere stakeholders aan de bouw van leefbare buurten.
Tafel 3: Omgaan met verwachtingen
Iedereen die wel eens te maken heeft gehad met een participatietraject weet dat het kan gebeuren: teleurgestelde participanten en/of teleurgestelde opdrachtgevers. Het vooraf managen van de verwachting blijkt vaak lastig in de praktijk. Hoe zorg je ervoor dat iedereen die betrokken is bij een participatieproces ook weet wat er van hem/haar verwacht wordt en tot welk niveau er inspraak mogelijk is? Hoe richt je je besluitvorming zo in dat belanghebbenden zich ook echt betrokken voelen? En hoe benut je de kansen die een participatieproces biedt optimaal?
Tafelheren: Eric Mimmel (Radboudumc) en Marijn Rombouts (provincie Noord-Holland)
Marijn Rombouts is adviseur participatie bij de provincie Noord-Holland. Hij is met name geïnteresseerd in de relatie tussen de representatieve democratie en het vergroten van de invloed van inwoners op een inclusieve wijze. Hij heeft een achtergrond in geschiedenis en filosofie.
Tafel 4: Geen last maar lust
Participatie kan ook voor publieke opdrachtgevers heel veel opleveren. Niet alleen is het een mogelijkheid om draagvlak te creëren, ook hebben omwonenden vaak veel kennis en kunde in huis. Opdrachtgevers zouden veel beter gebruik kunnen maken van de meerwaarde van meedenkende omwonenden, maar dat vraagt wel iets van de organisatie. Als bijvoorbeeld binnen een ontwikkeling burgers, private partijen en publieke overheden als gelijkwaardige partners optrekken, hoe kan je dan tot het beste resultaat komen?
Tafeldames: Anneke Dam (Rijkswaterstaat) en Dorine Cleton (Cleton&Com)
Anneke van Dam is omgevingsmanager bij Rijkswaterstaat met ervaring in (onderhouds)projecten, ook in samenwerking met opdrachtnemers. De afgelopen drie jaar heeft ze gewerkt aan de MIRT-Verkenning A2 Deil-Vught die nu in een afrondende fase zit. Op dit moment wordt daar nagedacht over participatie in de planuitwerking. De A2 kent een dynamische en diverse omgeving en participatie heeft dan ook een belangrijke plaats in het project. Daarnaast dent Anneke binnen Rijkswaterstaat mee over participatie en de omgevingswet.
Dorine Cleton is tientallen jaren werkzaam geweest als jurist op het gebied van ruimtelijke ordening en milieu, vooral aan de realisatie kant (opdrachtgevers: projectontwikkelaars, ontwikkelende bouwers, woningbouwcorporaties e.d.). Daarnaast ze vele jaren voor bewonersverenigingen e.a. gewerkt. Het viel haar op dat veel projecten onnodige vertraging opliepen doordat plannen ontwikkeld waren zonder overleg met belanghebbenden. Na haar opleiding tot mediator (1996) heeft ze een methode ontwikkeld om participatie uit het ‘u vraagt, wij draaien’ of ‘dit is het plan, had u nog een reactie’ te halen en naar gezamenlijk – initiatiefnemer, gemeente/overheid en belanghebbenden – maken van plannen te brengen: PubliekPrivateBuurtSamenwerking (PP+BS). Bij de complexere opgaven bleek het goed om deze methode met Value Engineering te combineren. De methode blijkt te werken in op verschillende schaalniveau’s, bij zowel herstructurering als nieuwbouw en brengt draagvlak, betere creatievere plannen én snelheid. Voorbeelden zijn o.a.: Hart van Zuid Hengelo, Betondak Arkel, Oranjewijk Veghel en Hart van Zuid Rotterdam.
De methode PP+BS is onder andere beschreven als bijlage in het boek Mediation: een nieuw instrument in het speelveld van milieu en ruimtelijke ordening (Boom uitgevers, 1999)